Aanvankelijke titel: ‘Stoplicht’
Almelo uit. Het riep vage herinneringen op aan een bijna onvindbaar gebouwtje van de plaatselijke visvereniging, maar daar blijkt Almelo niet meer te spelen. Tegenwoordig wordt het schaakteam gesponsord door een eetcafé met onder meer kabeljauw en zalm op het menu: The Shamrock. Sommige Almelo-spelers hadden een sweater aan met de bedrijfsnaam. Deze betekent ‘klaver’, maar dat is dit seizoen nog geen klavertje vier: alle vier ronden werd er verloren door het eerste team. Dat klinkt nogal dramatisch en gelukkig is er een stijgende lijn te bespeuren: Van 0.5-7.5 in ronde 1, naar 1.5-6.5 de ronde erop, daarna 2-6 en vandaag 2.5-5.5. Wie in rijtjes gelooft: de laatste ronde moet er gewonnen kunnen worden, zou je zeggen. Iedere ronde wordt er bijgeleerd tot nu toe.
In de bovenzaal van het genoemde eetcafé bevinden zich twee zaaltjes, waar Almelo 1 en 2 hun wedstrijden spelen. De koffie en thee zijn gratis, de koekjes ook. Daarover straks meer. Eerst nog wat andere bijzonderheden: namelijk dat alleen bord 7 op een DGT bord speelde, een partij die op een scherm aan de muur te volgen was. Menno was de gelukkige. En waar de borden 1 tot en met 6 het gezamenlijk met drie tafels moest doen, zaten de spelers op bord 8, ik was er zelf toevallig één van, prinsheerlijk en ruim bemeten aan één tafel.
De sympathieke wedstrijdleider pendelde tussen de twee zaaltjes heen en weer, en slaagde er bij aanvang van onze match in ongeveer al onze namen foutief of minimaal ernstig verhaspeld voor te lezen….hetgeen uiteraard 100% toe te schrijven was aan mijn gebrekkige handschrift. De competitiegids meldt: ‘Broodjes ja’, maar daar gaat het mis. “Mijnheer de keuken gaat pas om vier uur open en broodjes kaas hebben we sowieso niet” wordt mij te verstaan gegeven. Een tegenvaller! Want ik had vanmorgen geen brood gesmeerd, daar ik graag de lokale horeca steun. Op mijn werk stond ik zelfs bekend als de hoofdsponsor van de personeelskantine, totdat deze alsnog moest sluiten vanwege te lage omzetten. Door het toegenomen thuiswerken sinds de coronaperiode is er te weinig aanloop.
Nu was dit fenomeen van wel beloofde maar niet gesmeerde broodjes me niet helemaal vreemd (ik schreef hier eerder over.)
Maar met een knorrende maag schaken is niet aan te bevelen. Ik probeerde dat ooit een keer, het was in Sint Jacobparochie en het kwam de kwaliteit van mijn zetten beslist niet ten goede. Dus besloot ik alles wat eetbaar was in mijn directe omgeving mij onverwijld toe te eigenen. De lunch bestond zo in een vervroegde banaan (topoverleg hierover met koopman van dienst Menno), thee met honing, zeker tien koekjes van verschillende soorten, als het er niet meer waren, gepakt van het gratis koffie- en theebuffet. En dan vergeet ik nog bijna dat daar ook bonbons te vinden waren. Wie mij gade heeft geslagen moet bevreemd hebben toegekeken, maar gelukkig hebben schakers vooral oog voor schaakstukken en dan ook nog bovenal die op hun eigen bord. En nee, geen enkele gene bij deze mijnheer. Zo’n competitiegids, daar moet je op kunnen vertrouwen en zo niet dan neem ik mijn eigen, soms onorthodoxe, maatregelen.
De tegenstander kwam in zijn basisopstelling op. Dat vermeld ik omdat ze ook al tweemaal speelden met een oude bekende van ons die reserve is, vroeger uitkomend voor Emmen en in bezit van een bijnaam die met een ‘r’ begint (en die is niet van ‘reserve’ in dit geval). Hij was er niet, ook niet als toeschouwer. Mogelijk nam hij geen risico’s….want zou die Van Zon er soms ook kunnen zijn? Het antwoord vandaag: ja!
Dan naar de match, waarin we snel op 0-2 kwamen door overwinningen op bord 1 en op bord 8.
Erik op 1 kwam meer en meer in het voordeel tegen de Benoni van tegenstander Mijnheer. Na een minder gelukkig pionoffer van zwart mondde dat uit in de volgende finale:
Hoeksema – Mijnheer, stelling na 28…Dxd6.
29 Pf5! niet moeilijk, maar wel elegant, meldt Erik 29…xf5 30 Tg3+ Dg6 31 Lxf5 1-0
Het tweede bord liet een zwaar positioneel gevecht zien, waarin Michael al snel een pion buitmaakte. Helaas wist hij net de vis niet op het droge te trekken.
Wildschut – Riemens, stelling na 33. g3
Michael speelde 33…Lb3. het is moeilijk te bepalen of er iets beters te vinden was, maar dit liet torenruil toe (34 Tb7). En na afruil van de a-pionnen een niet meer te winnen stelling.
Op 3 de meestal toch zo degelijke Joop die zijn probeersels uit internetvluggertjes ongemerkt promoveerde tot varianten in serieuze KNSB partijen. Daarbij constateert hij dan opnieuw dat ze niet altijd even goed zijn, die snelschaak-experimenten die ontsnappen uit zijn Harense laboratorium. Maar dan herpakt hij zich en gaat hij zich als een leeuw verdedigen. Zo ook vandaag. Het paardenpaar en een verminkte pionnenstructuur, tegen het loperpaar. Paarden springen over pionnen heen, dus bij het paardenpaar gelieve de stelling gesloten te houden. Dat lukte aardig en toen zijn tegenstander een trucje over het hoofd zag, trok Joop de partij langzaam maar zeker naar zich toe:
Houtman – Kruimer , stelling na 31 Th4
Dit speelde zich niet lang na een tactisch remiseaanbod van Joop af. Dat afgeslagen voorstel om de punten te delen had al veel tijd opgeleverd. Zwart ging de fout in nu en speelde 31…b5?. Hij werd verrast door 32 Pxf6! Daarna staat het eigenlijk gelijk, maar psychologisch leek deze dreun toch wel door te werken en in combinatie met de groeiende tijdsdruk kantelde het punt langzaam de goede kant op voor ons. 1-0 na 66 zetten.
Dan Roelof op bord 4. Roelof zal het zelf bestrijden, maar ik vind hem goed in vorm op dit moment. Natuurlijk speelt hij tot zijn niet geringe ergernis nog steeds de perfecte partij niet, maar ik zie dit seizoen tot nu toe veel controle in zijn partijen; hij is weinig in gevaar. Vandaag kwam hij in een razend ingewikkelde stelling terecht, waarin weliswaar niet de sterkste voortzetting door hem werd gevonden, maar het voor zijn tegenstander ook te complex werd dat aan te tonen:
Sarink – Kroon, stelling na 22. Lh3
Zonder twijfel de kritieke partijstelling. De verleiding is hier 22…Kf8, dat lijkt 23…Te8 met damevangst te dreigen en de weerlegging daarvan is moeilijk te zien. Wit kan echter 23 Kh1 spelen en dan volgt op 23…Te8 opeens 24 Dxe8+ Kxe8 25 Tb8+ en wit staat beter, de zwarte dame moet er tussen. Een tweede verleiding is 22…Pf3+ 23 Kh1 Pd2 met kwaliteitswinst, maar dat is ook niet goed. Na 24 Pxc7 is het wederom wit die beter staat. De beste zet was 22…f3 geweest. Roelof had deze gezien, 23 g3 Pg6 en nu is de pointe dat 24 Pxc7 faalt op de paardvork 24….Pf4 en die moet je maar net even mee weten te nemen in je berekeningen.
Schaken is erg moeilijk. Roelofs keuze was na ampel beraad 22…Pxg2. Niet de beste, maar wit vond de juiste tegenzet 23 Kh1 niet. Na 23 Lxg2 f3 hield zwart voordeel vast en won ten slotte het pionneneindspel (0-1, 52).
Op bord 5 vinden we Edwin, supersub, die op zaterdagmorgen nog werd ingevlogen. Een deel van Edwins schaakkracht zit in de jaloersmakende rust waarmee hij achter het bord zit. “Als jij denkt dat je sterker kunt schaken dan ik, laat maar zien.”, zoiets straalt hij uit. En ondertussen doet hij goede zetten.
Van Zon – Poelstra, stelling na 62 a8D
Wit heeft bijna de hele partij voordeel gehad, soms zelfs groot voordeel. Hier is net een wedren geweest, zwart promoveerde eerst, maar wit staat gewonnen door de zeer slechte koningsstelling van zwart. Waar de witte monarch beschermd wordt door drie soldaten en een hogere officier, is zijn zwarte collega vrijwel verlaten. Dat betaalde zich uit, temeer daar beiden op increment moesten spelen: 62 …Db6 63 Le6! listig …Dxd4? 64 Dg8+ Kf6 65 Dh8+ 1-0
De langste partij van de dag en bescheiden meldde Edwin na afloop dat zijn overwinning er niet meer toe deed toen hij deze behaalde. “We stonden toch al met 4.5-1.5 voor.”
De eerste nul aan onze zijde viel op bord 6.
Jutba – Logtmeijer, stelling na 46 Kf2.
Er is weinig aan de hand. Helaas deed Maurits hier een kwaliteit kado met 46…Dh2? 47 Dxh2 Txh2 48 Lh3! Gaat de zwarte toren oppeuzelen met Kg3. Nu was 48…d4 nog speelbaar geweest, wat de flexibiliteit en kracht van de zwarte stelling wel aantoont. Maurits wierp de handdoek te snel met 48…Txh3 en verloor toen wit lijnen wist te openen, al wist zwart de strijd nog tot de 75e zet te rekken.
Op 7 werd Menno verrast door een zeer agressieve variant tegen zijn Italiaan. Hij reageerde goed, maar greep uiteindelijk toch mis.
Van ’t Veld – Husers, stelling na 32…Pgxf4?
Schaken is erg moeilijk. Wit komt een stuk voor na 33 La4! Maar dat was lastig te zien en Menno had al sinds zet twintig weinig tijd. Hij speelde 33 cxd5? en kwam na 33…Pfxd5 langzaam maar zeker in het nadeel. 0-1 na 65 zetten.
Op 8 ten slotte had de teamleider plaatsgenomen, vorig jaar trots topscorer nog, maar je bent zo goed als je laatste partij natuurlijk in het schaakwereldje.
Burer – Van Putten, stelling na 19 Lc3?
Hier kon ik plotseling toeslaan en dat liet ik me geen tweemaal zeggen: 19…Lxh3! Er volgde 20 Lxh3 Td3 21 Lxe5? (maakt wat nog best een technische klus was feitelijk een stuk makkelijker) 21…Pxe5 22 De2 Txd2 23 Pxd2 Txd2 en nu was het gelijk klaar na 24 Dh5 g6, de witte dame wordt ingesloten.
Burer – Van Putten, stelling na 24…g6
Al met al vandaag de vierde nederlaag op rij voor Almelo, de tweede zege voor ons. Maurits zat in drie auto’s (heen in de Up van Menno, die rijdt 1 op 20), terug in Joops iets ruimere waggie, die sowieso het station aan zou doen waar Maurits’ fiets stond. Tussendoor nog in de bolide van oude schoolvriend Edwin richting China Tuin, waar we één voortreffelijke dis genoten. Dat bleek onverwacht een all-you-can-eat-restaurant te zijn, maar niet te groot en kwalitatief heel prima, hooguit wat prijzig.
We zijn nog lang niet veilig, zelfs de slechtste nummer zes zal uit de tweede klasse vliegen, maar we liggen wel weer op schema nu qua handhaving.